Ta blo, or not Ta bleau

Eind zeventiger jaren was ik naast enthousiast startend docent natuurkunde op het Boni ook een enthousiast amateurtoneelspeler. In het schooljaar 1979-1980 werd door leerlingen en docenten van het Boni een toneelstuk opgevoerd: ‘Een nachtmerrie van een eindexamenkandidaat’. Uiteraard ging ik daar dus zeer geïnteresseerd naar kijken. Het was een komedie waar de zaal, vol met leraren en leerlingen, zich uitstekend mee vermaakte.  Ondanks, of juist ook vanwege het feit dat een paar leraren charmant tekstfouten maakten en er af en toe een wankel decorstuk omviel.

In al mijn jeugdige arrogantie liet ik me direct na de uitvoering ontvallen dat het toch tamelijk amateuristisch gedoe was geweest en dat ik zo’n regie ook nog wel zou kunnen, daar hoefde je echt geen professioneel regisseur voor in te huren. Nu stond naast mij de heer Stijn Kuitenbrouwer, conrector en ook mijn oud-leraar Nederlands. En die zei iets in de zin van ‘dat ik dat dan maar eens waar moest maken’. Ik moest hem maar laten weten wat ik nodig had en hij zou ervoor zorgen dat ik dat kreeg. Ik schrok wel even, maar het leek mij ook echt een geweldig project om op school een toneelgroep te starten, alleen voor leerlingen. Daarbij wilde ik dat dan doen volgens dezelfde principes waarmee wij met onze amateurgroep toneelstukken voorbereidden en speelden. Stijn Kuitenbrouwer zorgde er daarbij voor dat we tamelijk professioneel licht en grime konden inschakelen. Kostumering stond al op een behoorlijk niveau, voornamelijk uitgevoerd door de docent Frans, Ben Vos.

Goed, er volgde een aankondiging in school, geïnteresseerde leerlingen konden zich opgeven voor de toneelgroep voor bovenbouwleerlingen. Er was geen auditie (dat hoorde bij onze principes!), de enige eisen waren gemotiveerdheid en dus de bereidheid om bij alle repetities aanwezig te zijn, en ook met de voorbereidende fase enthousiast mee te doen.

Nu wist ik dat er in Engeland veel aan schooltoneel gedaan werd en dat er zelfs beroemde schrijvers waren die ook speciaal voor die leeftijdsklasse toneelstukken schreven. Omdat ik me toch niet helemaal zeker voelde, vroeg ik aan de heer Wim Frische, docent Engels, of hij geen stuk kende dat bij uitstek geschikt zou zijn om door middelbare scholieren gespeeld te worden en dat ook een zeker literair gehalte had. Hij raadde me het veel in Angelsaksische landen gespeelde ‘Our town’,  ‘Ons stadje’, aan. Dat werd dus werd het eerste stuk dat ik op Boni regisseerde.

In het stuk komt een geleerde voor, die in een kort interview toelichting komt geven over de geschiedkundige, geologische en sociaaleconomische achtergronden van het Stadje. Die rol werd vervuld door de enige docent die meespeelde, Stijn Kuitenbrouwer, die zo zijn waardevolle steun aan de start van dit toneelproject verleende.

Het grote succes leidde ertoe dat we het volgend jaar en alle jaren daarna een toneelgroep voor de bovenbouwleerlingen op het Boni hadden en hebben. In het tweede jaar, pakten we heel ambitieus een echt literair stuk aan, nl ‘De Leeuwerik’, van de Franse auteur Jean Anouilh. Inmiddels had ik een medespeler uit de toneelgroep waarin ik zelf speelde, gevraagd om mij te helpen: Pim van Maanen. Dat bleek nog jarenlang een geweldige aanwinst.

Natuurlijk had zo’n groep ook een eigen naam nodig, zodat je niet elke keer hoefde te verwijzen naar ‘de groep bovenbouwleerlingen die toneel spelen’. Op een van de repetities vroegen we de spelers om ideeën. En uiteindelijk kwam Gerard van Assem met het voorstel ‘Tablo’, op deze manier  gespeld. Het verwijst naar een instructie die tijdens repetities vaak vanaf de kant werd gebruikt: ‘Tableau!’. Daarbij moest iedereen bevriezen in de stand van dat moment. Bovendien is Tablo de afkorting van ‘Totaal Ander Boni-Leerlingen Optreden’. 

Die naam stond meteen. En staat nog steeds.

Ad Migchielsen, oud-docent natuurkunde